40 ~ Palmzondag: Spreek zelf maar recht over hem

Lezen: Johannes 18:26-40

Beste Johannes,

Het was een klungelige arrestatie, maar de rechtsgang is helemaal om te huilen. Er wordt gewoon met Jezus gesold. ’s Ochtends vroeg wordt hij van het paleis van Kajafas naar het paleis van de Romeinse gouverneur gebracht. De belangrijke heren van jouw tijd zorgden goed voor zichzelf en leefden in riante woningen. Opnieuw, Johannes – in dit opzicht is er niet veel wezenlijks veranderd in al die twintig eeuwen na jou.

En dan dit ‘detail’ – de ‘vrome’ mannen die Jezus meeslepen van het ene naar het andere paleis gaan bij de heidense gouverneur niet over de drempel want dat zou hen ritueel onrein maken. Ze vonden het wel een goed idee om Jezus daarheen te brengen. En ze wilden niet ‘onrein’ worden omdat ze dan niet zouden kunnen eten van het lam dat met het joodse paasfeest, Pesach, geofferd werd. Jij zag de ironie hiervan, zelf hadden deze religieuze specialisten geen benul.

Ze beschuldigden de Meester ‘van iets ernstigs’. Maar Pilatus heeft duidelijk geen zin in het gedoe. Zoek het lekker zelf uit met jullie onbegrijpelijke godsdienstige geschillen – of iets dergelijks moet hij gedacht hebben. Je vertelt ons dat hij het netter uitdrukte: ‘U hebt een eigen wet. Spreek zelf maar recht over hem’.

Pilatus ontkomt er niet aan om toch zelf een onderzoek in te stellen. Het Paaslam Zelf gaat over de drempel en wordt onderworpen aan een verhoor. Hij is de Waarheid en hij spreekt de waarheid. Maar Pilatus herkende de Waarheid niet toen hij hem in de ogen keek. Net als al die mannen die Jezus naar deze Romeinse gouverneur gebracht hadden.

Ook hier is de Meester superieur in zijn houding en antwoorden. Hij blijft rustig, Pilatus reageert geagiteerd. Je kunt wel zien wie er de echte Baas is.

Pilatus denkt de zaak nog op te lossen door de mensen te laten kiezen tussen de misdadiger Barabbas en de Heer die niets fout gedaan had. En we weten dat de mensen in hun ongeloof het verkeerde oordeel uitspraken.

Barabbas – zoon van de vader – krijgt de voorkeur en gaat vrijuit ten koste van Jezus, Zoon van de Vader. Ik voel me als Barabbas, om heel eerlijk te zijn, Johannes. Ik ben niet onschuldig, maar wel vrijgesproken.

Heer Jezus, wij zien in u wat veel tijdgenoten niet zagen. Niet dat wij zoveel slimmer of beter zijn, het moet allemaal wel een kwestie van genade zijn. U bent de Waarheid en u liet dit allemaal gebeuren als deel van het Grote Plan. Als een Lam liet u zich wegvoeren naar de offerplaats. Jazeker, u had met geweld kunnen ingrijpen, aardse en hemelse strijders te hulp kunnen roepen, uw tegenstanders weg kunnen vegen zoals u de tempel eigenhandig gereinigd hebt.

Het is Palmpasen. Vandaag denken wij aan het moment dat u op een ezelsveulen de straten van Jeruzalem binnenreed. Geen enkele dreiging, geen enkel machtsvertoon. De Koning rijdt binnen en huilt over de stad die – zonder het zelf te zien – haar ondergang tegemoet gaat. Omdat zij hun Vredevorst niet herkend hebben.

Wees genadig voor ons, Heer. Help ons de Waarheid te zien en trouw aan u te blijven. Wij kunnen geen recht spreken, wij kunnen wel onze eigen conclusie trekken: u bent de Waarheid, u bent onze Vredevorst.

Woorden om bij stil te staan (18:37)

‘Ik ben geboren en in de wereld gekomen om de waarheid bekend te maken. Ieder die de waarheid liefheeft, luistert naar wat Ik zeg.’